Visie

Strategie geformuleerd binnen de werking van het Cultural Data Lab adhv. bevindingen binnen het project de Collectie van de Gentenaar.

Deze pagina beschrijft de algemene visie van de werkgroep op de implementatie van oslo

Het transformeren van digitale collectiedata naar Linked Open Data is op heden een technische en financiële uitdaging voor de cultureel erfgoedsector. De OSLO-standaard stimuleert het inzetten op Linked Open Data. Dit neemt echter de uitdagingen niet weg. CoGhent heeft dankzij een uitgebreid consortium en Europese subsidies als eerste een vertaling kunnen maken van digitale collectiedata naar de OSLO-standaard. De hieronder opgesomde stappen zijn lessons learned die CoGhent graag deelt met het cultureel erfgoedveld. Ze bieden geen oplossing maar omvatten suggesties voor een bredere implementatie van de OSLO-standaard binnen de cultuursector.

De eerste 4 stappen worden voornamelijk op het individuele niveau van de cultureel erfgoedinstelling genomen, de vijfde en laatste stap kan zowel op individueel niveau als in samenwerkingsverband uitgevoerd worden.

1. Zorg dat je een digitale strategie hebt

De keuze voor het implementeren van bepaalde standaarden, zoals de OSLO-standaard, moet zijn grond hebben in de digitale strategie van de cultureel erfgoedinstelling. Welke doelstellingen wens je te bereiken door het toepassen van de OSLO-standaard, zowel op strategisch als op operationeel niveau? Bepaal wat, voor wie en waarom je de OSLO-standaard op (bepaalde) datasets wilt implementeren. Op deze manier kan je de scope helder definiëren en kan je gericht aan de slag gaan.

Linked Open Data is een tool dat mogelijkheden schept voor het uitwisselen van kennis en informatie, het 'vernetwerken' van de cultureel erfgoedsector en het aansterken en verlichten van de eigen interne werking. Linked Open Data is geen doel op zich en daarom geen vereiste om op te nemen in je digitale strategie; wel is het belangrijk om voldoende ruimte te laten om te reflecteren over het gebruik van Linked Open Data.

2. Aligneer registratie met invulboek objecten

Linked Open Datagebruikers verwachten correcte informatie. Het is daarom belangrijk om in te zetten op data cleaning, interne registratieafspraken en het aligneren met het invulboek objecten. Zo wordt de juiste informatie op de juiste plek weggeschreven en zorg je voor een uniforme interpretatie van de verschillende invulvelden. Indien nodig dient hier een data cleaning traject aan vooraf te gaan.

Omdat de OSLO-standaard inzet op het linken van organisaties is het een meerwaarde dat voor het beschrijven van de werken in de collectie met concepten gewerkt wordt die gelinkt zijn aan gedeelde bronnen zoals deze van Getty vocabularies, RKD artists, Wikidata en/of inventaris Onroerend Erfgoed. Dit verhoogt de semantische interoperabiliteit van de collecties.

4. Modelleer je data in functie van de business case

Jouw business case bepaalt welke data gemodelleerd worden conform de OSLO-standaard en ontsloten worden via het OSLO-applicatieprofiel. Elke instelling heeft met andere woorden controle over de velden die ontsloten worden. Dit houdt in dat er niet één juiste mapping bestaat.

De business case bepaalt ook de gebruikte technologische infrastructuur. Houd daarbij rekening met het beschikbare budget en kies, indien nodig, voor een gedeelde infrastructuur. Daarnaast kan je ook bestaande modellen o.b.v. open source bouwblokken bekijken en toepassen. Een open source, decentrale en makkelijk uitbreidbare infrastructuur wordt aangeraden.

5. Zorg dat je endpoint zo dicht mogelijk bij de databron ligt

Een endpoint dicht bij je databron houdt in

  • dat je de operationele overhead beperkt,

  • dat je een korte lijn hebt met je technische partner, zodanig dat je controle hebt over het tempo en de kosten,

  • dat je je data waarheidsgetrouw aan de bron publiceert (transformaties buiten de bron moeten vermeden worden),

  • dat je de provenance van je data communiceert,

  • dat je het databeheer intern kunt houden (belang van eigenaarschap).

Last updated